Tandenknarsen of bruxisme is het krachtig over elkaar schuiven van tanden en kiezen.
Kaakklemmen is het krachtig op elkaar klemmen van tanden en kiezen. De tandheelkundige term voor beide vormen is bruxisme.
Tandenknarsen gebeurt met name ’s nachts, terwijl het kaakklemmen zowel ’s nachts als overdag kan gebeuren. Tandenknarsen komt vaak voor, zowel bij jonge kinderen als volwassenen. Bij kinderen kan het spontaan verdwijnen.
Meestal is tandenknarsen of kaakklemmen onschuldig, maar het kan problemen opleveren, zoals gebitsslijtage, breuk van vullingen, kaakklachten en vergroting van de kauwspieren (overmatig ontwikkelde kauwspieren).
Oorzaak van tandenknarsen en kaakklemmen
De exacte oorzaak van tandenknarsen en kaakklemmen is moeilijk te achterhalen.
Slaapstoornissen, stress, alcoholgebruik, roken, bepaalde medicijnen en drugs (bijvoorbeeld XTC) worden in verband gebracht met knarsen en klemmen. Er zijn ook aanwijzingen dat het centrale zenuwstelsel (bij bijvoorbeeld de ziekte van Parkinson of de ziekte van Huntington) invloed heeft op de activiteit van de kauwspieren ‘s nachts. Er is vaak niet één duidelijke oorzaak aan te wijzen; meestal spelen meerdere factoren een rol.
Diagnostiek van tandenknarsen en kaakklemmen
Tijdens de diagnostiek gaat je tandarts na of je je zelf bewust bent van kaakklemmen en tandenknarsen en of het nadelige gevolgen heeft voor je gebit. Je partner of familieleden kunnen ook aangeven of je ’s nachts aan het knarsen bent. De tandarts vraagt verder naar factoren die de mogelijke oorzaak zijn van het knarsen (bijvoorbeeld stress, alcoholgebruik, roken, algemene gezondheid, medicijnen). Daarnaast inspecteert je tandarts het aangezicht, de mondholte en het gebit. Daarbij kijkt hij/zij vooral naar de aanwezigheid van slijtage en afdrukken van de kiezen in de wang- en tong; dit zijn indirecte tekenen voor knarsen en klemmen.
Om tandenknarsen daadwerkelijk vast te stellen, dient een slaaponderzoek te worden uitgevoerd. Hierbij wordt tijdens de slaap met speciale apparatuur onder andere de spierspanning in de kauwspieren, ademhalingspatronen en hersenactiviteit geregistreerd. Zo’n onderzoek kan in een ziekenhuis of in gespecialiseerde klinieken (slaap/waakcentra) plaatsvinden. Vanwege de complexiteit en de hoge kosten wordt echter het slaaponderzoek zelden toegepast, alleen op strikte indicatie gesteld meestal door een tandarts-gnatholoog.
Behandeling bij tandenknarsen en kaakklemmen
Bewust worden van het klemmen of knarsen is de eerste stap. Je kan daarbij extra hulp krijgen. Je tandarts kan een aantal adviezen en eventueel een opbeetplaat maken. De opbeetplaat beschermt tegen gebitsslijtage en zorgt er soms ook voor dat de spieractiviteit afneemt en de kauwspieren meer tot ontspanning komen.
Daarnaast kan een fysiotherapeut je helpen door het aanleren van diverse oefeningen gericht op het verminderen van het klemmen en de eventueel daaruit voortkomende kaakklachten. Indien noodzakelijk kan een psycholoog je helpen om de beïnvloedende factoren te doorbreken. Leren omgaan met stress en ontspanningsoefeningen zijn de belangrijkste factoren om knarsen en klemmen te verminderen.
Bron: nmt